30 mei 2018

Albuminurie goed te meten bij peuters

Albuminurie geldt als een risicofactor voor hart-, vaat- en nierziekten, maar over albuminurie bij baby’s en kinderen is nog heel weinig bekend. Dit onderzoek had als doel de kennis te vergroten en verder onderzoek mogelijk te maken. De belangrijkste conclusie is dat albuminurie al vanaf de geboorte aanwezig is.

Een verhoogde uitscheiding van albumine in de urine komt vaak voor bij patiënten met suikerziekte (diabetes mellitus) of een verhoogde bloeddruk. Nefrologen, specialisten op het gebied van nieraandoeningen, zijn het er nog niet over eens of albuminurie een gevolg is van ziekte, ziekte veroorzaakt, of allebei. Wel bevestigen onderzoeksdata dat albuminurie nierschade veroorzaakt. Van den Belt onderzocht onder andere hoe vaak albuminurie voorkomt in een groep kinderen, en hoe dit het beste gemeten kan worden. Zij maakte daarvoor gebruik van de gegevens van 1300 peuters uit de GECKO cohortstudie. De mate van albuminurie in deze groep jonge kinderen bleek heel variabel en – verrassend genoeg – net zo verdeeld te zijn als onder volwassenen. Albuminurie lijkt daarmee aangeboren te zijn.

Met behulp van een PeeSpot, het opvangen van urine in een absorptievilt, kan albuminurie bij peuters volgens Van den Belt goed aangetoond worden.
 
Over de behandeling van albuminurie onder kinderen is nog weinig bekend. Van den Belt laat met twee onderzoeken in een groep kinderen met chronische nierziekte zien dat het effectief behandelen van albuminurie de achteruitgang van nierfunctie vertraagt. Kinderen met een hoger risico kunnen in de toekomst misschien eerder opgespoord en behandeld worden, of extra leefstijladviezen krijgen.