23 februari 2018
Alzheimer is in de toekomst met een simpele bloedtest op te sporen
Eén van de belangrijkste kenmerken van de Ziekte van Alzheimer is de opeenstapeling van abnormale peptiden in het brein. Deze peptiden worden ook wel bèta-amyloïden genoemd. De peptiden beginnen zich doorgaans zo’n dertig jaar voor de eerste symptomen van de ziekte zich aandienen, al in het brein te verzamelen en kunnen dus gebruikt worden om de ziekte in een zeer vroeg stadium op te sporen.
Op dit moment kan dat op twee manieren: met behulp van een dure PET-scan of middels een ingrijpende lumbale punctie (waarbij hersenvocht uit het lichaam wordt gehaald). Het zijn weinig toegankelijke methoden. De diagnose ‘Alzheimer’ wordt op dit moment dan ook vaak pas gesteld als de eerste symptomen zich aandienen en de peptiden al een belemmering vormen voor het functioneren van het brein.
Er is dan ook dringend behoefte aan een nieuwe manier om de opbouw van peptiden in het brein te detecteren. Eentje die goedkoper en minder ingrijpend is. Een internationaal team van onderzoekers komt wat dat betreft nu met goed nieuws: ze hebben de eerste stappen gezet richting een bloedtest voor Alzheimer. Met de aanpak kunnen in een klein beetje bloed verschillende aan amyloïde gerelateerde eiwitten gemeten worden, zelfs als hun concentratie heel laag is. De verhouding tussen deze eiwitten gaf een goed beeld van de opeenstapeling van amyloïden in het brein.
De bloedtest is al getest in twee onafhankelijke experimenten in Australië en Japan. Onder de proefpersonen bevonden zich gezonde mensen, maar ook mensen met Alzheimer en een zogenoemde milde cognitieve stoornis (die kan resulteren in geheugenverlies en moeite met het verwerken van informatie). In 90% van de gevallen bleken de onderzoekers met de bloedtest correct vast te kunnen stellen of mensen een prille vorm van Alzheimer hadden.
Klik hier voor meer informatie.