Bloedtest voor pulmonale arteriële hypertensie
Pulmonale arteriële hypertensie (PAH) ofwel abnormale hoge bloeddruk in de longslagader heeft ernstige gevolgen voor de werking van het hart. Onderzoekers van de National Institute of Health (NIH) hebben een nieuwe bloedtest ontwikkeld om de ernst van deze aandoening te meten.
De longslagader is het bloedvat dat via vele vertakkingen zuurstofarm bloed van het hart naar de longen brengt. Vernauwingen in dit longbloedvatcircuit leiden tot verhoogde bloeddruk waardoor het hart veel harder moet pompen. Er gaat (steeds) minder bloed naar de longen voor zuurstofopname en uiteindelijk ontstaat zuurstoftekort in de organen waardoor cellen beschadigd raken. Daarom is het van groot belang om PAH tijdig op te sporen en te behandelen.
Bestaande diagnostiek is gebaseerd op klinische symptomen en risicovoorspellingsscores. De longdruk wordt gemeten met behulp van invasieve katheter of indirect met behulp van echocardiografie. Maar al deze methoden zijn niet erg gevoelig en onvoldoende betrouwbaar. Een onderzoeksteam bij NIH ging op zoek naar een alternatieve diagnostiek en ontwikkelden een bloedtest.
In het bloed van PAH-patiënten blijken DNA-fragmenten voor te komen, die vrijkomen uit cellen die beschadigd zijn geraakt door zuurstoftekort. De nieuwe bloedtest detecteert deze DNA-fragmenten, bekend als celvrij-DNA. Naarmate de ernst van de ziekte toeneemt, verhoogt de hoeveelheid van deze DNA-fragmenten in het bloed. Ook blijkt het met de nieuwe bloedtest mogelijk om de specifieke weefsels die betrokken zijn bij het PAH-ziekteproces nauwkeuriger te identificeren.
Klik hier voor meer informatie