20 juni 2018
DNA-paspoort voorkomt opname door medicatie
Het Catharina Ziekenhuis zet steeds vaker genetisch onderzoek in bij kankerbehandelingen. Door middel van een DNA-test wordt bepaald of een voorgeschreven chemotherapie effectief ingezet kan worden. Ook kan de dosering van een chemotherapie op de patiënt worden afgestemd.
Of een voorgeschreven therapie bij een patiënt werkt, hangt af van de stofwisseling. Elke patiënt heeft een andere stofwisseling en reageert dus anders op een medicijn. Sommige patiënten ervaren veel bijwerkingen. Bij anderen gebeurt er helemaal niets en blijkt het medicijn dus niet effectief te zijn. Aan de hand van een buisje bloed- of speeksel wordt in het laboratorium een zogenoemd DNA-paspoort opgesteld. Daarop staat het farmacogenetisch profiel dat aangeeft hoe het lichaam reageert op verschillende medicijnen. Zo kan een specialist beter persoonlijk gerichte medicijntherapie voorschrijven. Zo kan de dosering worden verhoogd of verlaagd of moet er juist een alternatief middel worden voorgeschreven.
Ook andere ziekenhuizen werken al met DNA-paspoort, zoals het Erasmusziekenhuis en LUMC.
Klik hier voor meer informatie.