18 januari 2018
Ontwikkelingen in de onderzoek en praktijk
Bijna vijf procent van alle Nederlanders, oftewel zo’n 800 duizend mensen, leeft met kanker of heeft kanker gehad. Dat aantal blijft in de toekomst alleen maar toenemen – door vergrijzing, maar ook door verbeterde (vroeg)diagnostiek zoals bevolkingsonderzoeken. Dit maakt dat kanker een grote impact heeft op onze maatschappij, maar ook op de inrichting van de zorg en met name de ziekenhuiszorg. De ontwikkelingen op dit gebied en de informatie-uitwisseling gaan volgens Rudolphie zo snel dat ziekenhuizen veel moeten investeren in nieuwe businessmodellen, in het opleiden van zorgverleners en in het inrichten van het ziekenhuis op nieuwe behoeften van afnemers van zorg.
Rudolphie ziet zeven ontwikkelingen die van belang zijn voor de transformatie van de ziekenhuiszorg: preventie, veranderende rol van de patiënt, persoonlijke behandeling en zorg, toegankelijkheid van data, technologische vooruitgang, specialisatie en centralisatie en tot slot stijgende kosten van medicijnen.
"Met technieken als 'predictive genomics' en 'molecular biomarkers' kan het risico op sommige vormen van kanker al worden bepaald ver voordat de ziekte zich manifesteert", aldus Rudolphie. "Op basis daarvan kunnen preventieve interventies worden gepleegd. Deze technieken kunnen de basis worden voor interessante nieuwe businessmodellen voor ziekenhuizen, die aansluiten op de verschuiving van disease management naar health management."
Rudolphie voorziet ook dat patiënten zelf actief aan de slag gaan met do it yourself-diagnostiek en met 'consumer-omics', oftewel informatie over eigen genoom, microbioom, proteoom. Daarnaast gaat de patiënt steeds meer naar 24/7-registratie van medische gegevens door middel van wearables. Hiervoor worden communicatiemiddelen als Facetime, Skype en allerlei apps gebruikt. Dat heeft volgens Rudolphie weer gevolgen voor onder meer de ziekenhuislaboratoria.
"Door steeds meer, steeds betere en steeds toegankelijker informatie is de patiënt een steeds kritischer gesprekspartner", zegt Rudolphie. "Die zal ook vaker een second opinion aanvragen. Bovendien vraagt de patiënt toegang tot het eigen dossier en de eigen medische gegevens. Dat vraagt om meer beleid op het gebied van privacy en het bereikbaar houden van zorginformatie voor iedereen – zeker diegenen die minder in staat zijn om mee te praten over eigen gezondheid."
Omdat het besef groeit dat iedere tumor uniek is, zetten behandelaars steeds meer in op 'personalised medicine': specifiek op de patiënt toegesneden behandelingen. Algoritmes spelen daarbij een steeds belangrijker rol. Rudolphie wijst in dit verband op het digitale platform Oncofinder.com dat wordt gebruikt om op basis van genexpressie te voorspellen welk medicijn of welke interventies het meest effectief zijn.
Overal op de wereld ontstaan initiatieven waarbij het effect van behandelingen – al dan niet door de patiënt zelf - wordt geregistreerd. Dergelijke registraties lenen zich bij uitstek voor big data-analyses. Die kunnen tot dusver onbekende correlaties aantonen. "Het wachten is op het moment waarop deze initiatieven aan elkaar gekoppeld worden om de ongekende kracht van de enorme hoeveelheden data optimaal te benutten", stelt Rudolphie. "In mijn optiek is het cruciaal voor ziekenhuizen om daar nu al op te anticiperen."
In de vier voorgaande ontwikkelingen vervullen data en informatie-uitwisseling een centrale rol. Daarnaast zijn er ook andere technologische ontwikkelingen met een grote impact op de ziekenhuiszorg. Rudolphie denkt hierbij bijvoorbeeld aan immunotherapie, zeer lokale bestraling, stamceltherapie, protontherapie, robotisering, 3D-printing en nanotechnologie. "We zien zorgcentra ontstaan waar geen ziekenhuisbed meer aan te pas komt, zoals het Mercy Virtual CareCenter in de VS", licht Rudolphie toe. "Daarbij biedt de techniek zorgverleners de mogelijkheid om patiënten op afstand te begeleiden. Naast dit soort medisch-technologische ontwikkelingen zien we ook ontwikkelingen die impact zullen hebben op de bedrijfsvoering van een ziekenhuis. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de rol van blockchain-technologie."
Omdat de oncologische zorg steeds meer gespecialiseerd raakt, is multidisciplinaire samenwerking steeds meer vereist, gelooft Rudolphie. Toch ziet hij twee tegengestelde trends. "Aan de ene kant ontstaan steeds meer zeer gespecialiseerde kankercentra, zoals het AVL-NKI, een specifiek borstkankerziekenhuis als Alexander Monro of een kinderoncologisch centrum als het Prinses Máxima Centrum. Daarnaast hebben alle academische centra grote oncologische afdelingen. Mogelijk mondt dit uit in twintig oncologische centra in Nederland. Aan de andere kant is er een trend naar zorg dichtbij huis door regionale oncologische netwerken, mede ingegeven door het huidige financieringssysteem waarbij het volume van patiënten belangrijk is. De impact op de ziekenhuiszorg moet nog worden aangetoond, maar zal veel aanpassingsbereidheid vereisen bij instellingen."
Volgens Rudolphie vormt de toegankelijkheid van kankermedicatie een steeds belangrijker factor in het beleid van ziekenhuizen. "Het is een positieve ontwikkeling dat er steeds meer en betere behandelingen zijn, maar die trend heeft ook een schaduwkant: de kosten voor intramurale medicijnen nemen enorm toe – met wel 100 miljoen per jaar", zegt Rudolphie. "Binnenkort overschrijden we de 2 miljard euro per jaar. Een groot deel van de kosten komt voor rekening van oncolytica. De uitgaven daarvoor zijn in drie jaar tijd met drieduizend procent gestegen. Omdat de ziekenhuisbudgetten maar één procent per jaar mogen stijgen heeft deze trend dus grote impact op de budgetten van ziekenhuizen, de kwaliteit van zorg in het algemeen en de toegankelijkheid van innovatieve behandelingen. Het kan zelfs leiden tot het verdringen van andere noodzakelijke zorg. Dat vraagt om denken buiten de bestaande systeemoplossingsrichtingen. We zullen nu al antwoorden moeten formuleren, inspelen op de trends en investeren in kwaliteit van kankerzorg."