6 september 2013
Prostaatwijzer geeft duiding aan PSA-test
Een verhoogde PSA (prostaatspecifiek antigeen)-spiegel snel tot ongerustheid kan leiden. Toch zegt alleen de PSA-spiegel niet alles over het risico op prostaatkanker. Ook andere risicofactoren bepalen of het nodig is om de patiënt – belastend – vervolgonderzoek te laten ondergaan.
Screening van de PSA-spiegel bij 50-plussers leidt tot minder sterfte aan prostaatkanker, zo blijkt uit een groot Europees onderzoek bij 280.000 mannen in Europa, van wie 34.000 in Rotterdam en omstreken. In de gescreende groep bleek de sterfte aan prostaatkanker 20-40% lager dan in de controlegroep. Ook is het aantal patiënten met pijnlijke metastasen in de gescreende groep 40% lager. De PSA-test zeker effectief. Kwaadaardige prostaattumoren kunnen in een vroeg stadium worden opgespoord en behandeld.
Een nadeel is dat erg veel mannen onnodig onderzocht en behandeld moeten worden om één sterfgeval van prostaatkanker te voorkomen: 1055 mannen moeten daarvoor screening ondergaan en 33 mannen met prostaatcarcinoom hebben daarvoor behandeling nodig. Daarbij is er aanzienlijke kans op bijwerkingen als incontinentie en erectieklachten.
Een verhoogde PSA-spiegel (hoger dan 4 microgram/liter) wijst niet altijd op het bestaan van prostaatkanker. Deze kan ook verhoogd zijn bij bijvoorbeeld prostaatontsteking en goedaardige prostaatvergroting. De kans dat iemand met een verhoogde PSA daadwerkelijk prostaatkanker heeft die behandeling behoeft, is niet alleen afhankelijk van de hoogte van het PSA. Daarom is binnen het Erasmus MC de prostaatwijzer ontwikkeld (www.prostaatwijzer.nl). Daarmee kunnen patiënten hun risico op prostaatkanker inschatten op het moment dat ze een PSA-bepaling hebben laten doen.
Klik hier voor meer informatie.